Werkkleding voetbaltrainer
In hoger beroep heeft belanghebbende (een amateur voetbalvereniging) niet voldaan aan de bewijsplicht ten aanzien van de vrije vergoeding (onbelast) in de loonheffing (artikel 24 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001). Dit is gebleken bij boekenonderzoek over de jaren 2002-2004 en in beroepsprocedure. Een vergoeding voor werkkleding komt alleen voor vrije vergoeding in aanmerking wanneer het is voorzien een groot genoeg logo of ander beeldmerk (70 cm²).
Of wanneer de werkkleding alleen of nagenoeg alleen geschikt is om tijdens de dienstbetrekking deze te dragen. (voorbeeld: clownspak). De stelplicht en bewijslast dat sprake is van een vrije vergoeding voor werkkleding, rusten op belanghebbende. Belanghebbende wordt in het ongelijk gesteld. Daarnaast wordt een verzuimboete van 10% opgelegd, omdat al in 1999 bij een boekenonderzoek door de toenmalige inspecteur op de voorwaarden in de wet heeft gewezen.
Zie hier de volledige uitspraak.