De crisisheffing in samenhang met de levensloopregeling.
Op 7 maart 2013 bracht het Financieel Dagblad het nieuws naar buiten dat de verlenging van de 16% werkgeversheffing met 1 jaar ook gevolgen heeft voor de levensloopregeling. Zo berichtte de krant dat werknemers die er voor kiezen om in 2013 een beroep te doen op hun levensloopaanspraak, dit bedrag moeten optellen bij hun jaarinkomen omdat de afkoop van het levensloopsaldo wordt gezien als inkomen uit arbeid. Hierdoor wordt het saldo meegenomen in de grondslag voor de crisisheffing. Met andere woorden, als vanwege de opname van het levensloopsaldo het jaarinkomen van een werknemer de €150.000 overschrijdt, zal de werkgever over het meerdere 16% belasting moeten afdragen.
Levensloopaanspraak niet meegenomen in grondslag crisisheffing
Juist dit jaar geldt er een fiscaal gunstige regeling voor werknemers die hun levensloopsaldo opnemen. Zo mag 20% van het levensloopsaldo belastingvrij worden opgenomen. De resterende 80% wordt belast tegen het normale belastingtarief. De gedachte achter de regeling is dat nu consumenten meer te besteden hebben er een impuls wordt gegeven aan de economie.
Vanwege deze tegenstrijdigheid maakte de Staatssecretaris van Financiën nog diezelfde 7 maart 2013 bekend dat het niet wenselijk is om de uitkering van de levensloopaanspraak deel uit te laten maken van de grondslag van de crisisheffing. Hij heeft daarom besloten om op dit punt een wetswijziging door te voeren zodat werkgevers en DGA’s de zekerheid hebben geen 16% werkgeversheffing verschuldigd te zijn over laatste genoemde uitkering. In zijn brief van 3 april 2013 heeft de wetgever dit verder geconcretiseerd door te stellen dat indien in het jaar 2013 met toepassing van de 80%-regeling het volledige tegoed van de levenslooprekening wordt opgenomen, dit deel van het loon niet wordt betrokken in de grondslag van de crisisheffing.[1]
80% regeling en gespreide opname
In het verlengde van het bovenstaande dient er rekening te worden gehouden met een mogelijke ‘valkuil’ bij het opnemen van het levensloopsaldo. De zogenaamde 80% regeling, waarbij 80% van de waarde van de aanspraak (inclusief rente) op peildatum 31-12-2011 wordt meegenomen in de belastingheffing en de overige 20% belastingvrij wordt uitgekeerd, geldt alleen als de aanspraak in één keer volledig wordt opgenomen. Indien men ervoor kiest om het tegoed gespreid op te nemen is de 80%-regeling alleen van kracht over de laatste opname in 2013 waarmee de levensloopaanspraak wordt verminderd tot nihil.
[1] Brief Staatssecretaris van Financiën, 3 april 2013, nr. DB/2013/143 U